van khetiwe nkosi naar marianne vaatstra


Steeds spookt de naam van Khetiwe Nkosi door mijn hoofd. Het is nu achttien jaar geleden dat haar romp in de droogstaande dam in de buurt van het dorp Amsterdam, in Zuid-Afrika nabij de grens van Swaziland werd aangetroffen. Door de droogte was het water uit de dam verdwenen. Zo was de met stenen verzwaarde romp zichtbaar geworden. In de weken erna werden nog andere lichaamsdelen gevonden.
‘Ze is door de zwarten zelf vermoord’, wisten ze in de bar van Hotel Amsterdam, waar ik destijds logeerde, zeker. Het lichaam was immers zwaar verminkt en zo deden zwarten dat. ‘Waarschijnlijk was het muti’, opperde een lokale politie-agent, een rituele moord waarbij iemand werd geofferd.

Van Marianne Vaatstra was na wurging de keel doorgesneden. In een reportage van De Vijfde Dag (EO) memoreert de vader van Marianne dat dit in het dorp als ‘niet-westers’ werd gezien. Blanken snijden geen kelen door en dus moest de dader een asielzoeker zijn. Zowat iedereen geloofde dat. Nu slaan mensen die dat ooit op luide toon beweerden de deur dicht als de verslaggever ze aan hun uitspraken herinnert. In de studio wijst Peter R. de Vries er fijntjes op dat de autoriteiten destijds hun best deden om het lokale asielzoekerscentrum te ontzien bij hun vermoedens. Uit angst voor geweld tegen de bewoners van dat centrum deden ze alsof de dader daar niet vandaan kon komen. Volgens de Vries heeft dat de woede juist aangewakkerd.

Na een onderzoek van enkele weken arresteerde de politie in het Zuid-Afrikaanse Amsterdam Fred M., een jonge boer uit de omgeving. Door een tip was men op zijn spoor gekomen en was vastgesteld dat Fred en Khetiwe een relatie hadden. Na haar dood bleek ze zwanger van hem te zijn geweest. Fred, opgegroeid in apartheid Zuid-Afrika en onderwezen in haat tegen zwarten aan de semi-militaire Veldskool, had zijn meisje vermoord uit angst voor de schande – dat de blanken in Amsterdam er achter zouden komen dat hij een zwarte vrouw had liefgehad, en meer. Het was nog pas een jaar na de democratische Wende.
In de bar van Hotel Amsterdam was het stil die avond, ik was een van de weinige klanten. De barvrouw Katryn wilde niet over het voorval praten.

Van de oostelijke Transvaal naar Friesland, van Khetiwe Nkosi naar Marianne Vaatstra, van Fred M. naar Jasper S. Verschillende werelden, verschillende motieven, hetzelfde onvermogen om de gedachte toe te staan dat de ramp door onszelf kan zijn aangericht.

De boerderij – ‘Singing Pines’ – waar Fred M. met zijn ouders woonde, lag dicht verscholen tussen de pijnbomen die dit stukje Zuid-Afrika haast overwoekeren. Bomen die bekendstaan om hun grote dorst, en wier wortels het water uit de dam hadden gezogen zodat deze door het wegblijven van de regen uiteindelijk droogstond. Zo viel Fred M. door de mand. Hij werd door rechter Curlewis een ‘Hitler’ genoemd en tot veertig jaar gevangenisstraf veroordeeld. Over Curlewis hoorde ik later dat hij tijdens de apartheidsjaren als ‘hanging judge’ bekend stond. Hij had tientallen vrijheidsstrijders tot de strop veroordeeld. Had hij een knagend geweten afgekocht met een genadeloos oordeel over Fred M., die, gekgemaakt door de apartheid met zijn gevoelens geen weg wist en de vrouw die hij bekoorde in stukken hakte?

Door de recente gebeurtenissen in Friesland is Khetiwe weer in mijn gedachten. Misschien dat haar familie nog wel eens om haar treurt en vermoedelijk denkt Fred M., die inmiddels wel op vrije voeten zal zijn, nog af en toe aan haar. Ik droeg het boek dat ik destijds over dit drama in het Zuid-Afrikaanse Amsterdam schreef aan haar op: ‘Voor Khetiwe – die ik nooit gekend heb.’ Maar blijkbaar hoef je iemand niet gekend te hebben om toch te herinneren.


johannes kerkorrel 2002 – 2012

Tien jaar terug pleegde de Zuid-Afrikaanse kunstenaar Johannes Kerkorrel zelfmoord. Met zijn ‘Gereformeerde Bluesband’ maakte hij eind jaren tachtig grote indruk op het kantoor van de Nederlandse anti-apartheidsbeweging. Zijn teksten tegen de blanke machthebbers van die tijd, en die van collega’s als Koos Kombuis, brachten tienduizenden Afrikaner jongeren in vervoering.

Begin jaren negentig liep Ralph Rabie, zoals hij in werkelijkheid heette, het kantoor van de AABN binnen. Een verlegen man die louter bloosde en stotterde nadat wij hem met zijn overgetelijke lofzang op Hillbrow, een van de eerste multiculturele wijken van Johannesburg, complimenteerden. ’s Avonds namen we hem mee naar een concert van Abdullah Ibrahim in het Concertgebouw, het bleek zijn muzikale held.
Toen we in het najaar het programma van Het Gala van de Goede Hoop, de officiele opheffingsmanifestatie van de AABN, samenstelden stond de aanwezigheid van Kerkorrel meteen vast. Opnieuw ontroerde hij ons die avond in Paradiso met Hillbrow.

Waarom Kerkorrel zich het leven benam is altijd onduidelijk gebleven. Een wirwar aan speculaties heeft jarenlang zijn nagedachtenis bezoedeld. Op www.litnet.co.za wordt deze week veel aandacht besteed aan de tiende ‘verjaardag’ van zijn zelfverkozen dood.


Hoe gaat ’t met ZAM?

In augustus werden ZAM-lezers en vrienden op de hoogte gesteld van de redenen die het uitbrengen van nieuwe edities voorlopig onmogelijk maakten. Door financiële tegenvallers ontbraken de middelen, sterker, oplopende schulden noopten het bestuur van de Stichting ZAM-net om vergaande bezuinigingsmaatregelen door te voeren. Het resultaat: een zwaar uitgeklede organisatie die met amper middelen het hoofd boven water moet houden.

En zo onthielden we onze lezers en vrienden waar voor hun (abonnements)geld. Het is een besef dat zwaar op ons rust. Dat zo veel lezers op onze mededeling reageerden met bemoedigende woorden, het aanbod om een handje te helpen of zelfs een extra bijdrage overmaakten heeft ons er nog eens extra van doordrongen onze uiterste best te doen bij het overwinnen van de problemen.

‘ZAM gaat toch wel door?’ Het is een vraag die me met regelmaat wordt gesteld. Niet een achterhaalde visie of een megolomane aanpak hebben ons – voor even – de das om gedaan. Integendeel. Op het hoogtepunt verdienden alle ZAM-medewerkers bij elkaar nog aanzienlijk minder dan 1 balkenendenorm. Dat de visie deugt, leiden we af aan de eindeloze reeks berichten die onze inboxen vullen. Daaruit spreken urgentie en noodzaak.

ZAM wil een platform van Afrikaanse vernieuwing zijn, een netwerk van Afrikaanse creatieven en activisten, van denkers en doeners, van dwarsen en opstandigen en hun vrienden ‘hier’. Ook in de afgelopen periode hebben wij aan de realisering van onze doelstellingen vorm gegeven met verschillende activiteiten. Zo speelt ZAM een belangrijke rol bij het in contact brengen van Afrikaanse en Nederlandse onderzoeksjournalisten. Dat leverde, onder veel meer, een schokkend rapport op over ‘fair trade’. (zie http://fairreporters.files.wordpress.com/2012/11/the-fairtrade-chocolate-ripoff-investigation-2012.pdf) De drukbezochte bijeenkomst over kunst en cultuur in het nieuwe Zuid-Afrika die ZAM eind augustus organiseerde in het kader van het Afrovibes festival is een ander voorbeeld van ons werk. Ook willen wij de verbondenheid met onze achterban vergroten door vanaf januari de frequentie van ZAM’s digitale nieuwsbrief op te voeren. Tevens verschijnt deze nieuwsbrief dan in een nieuw, aantrekkelijk jasje. Aanbiedingen – kortingen, free tickets en boeken – ontbreken niet!