Emile Ratelband: “Moet ik nog meer discriminerende opmerkingen maken? Ik zeg niets dat niet al zo ondervonden wordt. Zullen we het ook nog even hebben over de veertig jaar onafhankelijkheid van Belgisch Congo? Ze hebben uranium, ze hebben goud, ze hebben aardgas, ze hebben alles. En godverdomme, dat hele Belgische Congo is een grote klotezooi. Je kunt je als neger zijnde gediscrimineerd voelen, maar het is wel even zo. Onder Ian Smith was Rhodesie de graanschuur van Afrika. Meneer Mugabe heeft het overgenomen en kijk: wat een bende. Dat is niet zomaar. Ski jij? Hoeveel donkere mensen kom je tegen op de piste? Nou, misschien worden er daarom wel zo weinig ski’s gestolen.” (De Pers, zaterdag 16 februari 2008)
Bob Smalhout: “We woonden aan het Transvaalplein. Nu zie je er alleen nog allochtonen. Om droevig van te worden. Een ander plein heeft de gemeente omgedoopt in Steve Bikoplein, de naam van een neger die vroeger is doodgeslagen.” (Het Parool, 16 februari 2008)
Bob Smalhout: “Na afloop, aan de koffie in een cafeetje in ’s Graveland, vroeg ze (Hedy d’Ancona, BL) of ik homoseksualiteit als een afwijking zag. ‘Mevrouw’, zei ik, ‘op grond van wat ik na veertig jaar arts zijn weet van de menselijke anatomie en fysiologie, kan ik u verzekeren dat het mannelijk rectum bedoeld is voor de afvoer van stront en niet om er de pik van een ander in te steken.’ (Het Parool, 16 februari 2008)