chicks en kaapstad

Kaapstad, acht uur in de avond. Gistermiddag aangekomen. Een depressie overviel Johannesburg, aangestormd vanuit de Kaap waar het eerder in de week zelfs sneeuwde. Vandaag was het in Kaapstad meer dan dertig graden. In Johannesburg regent het pijpestelen, meldt E. Sandton, een van de noordelijke buitenwijken, stond geheel blank.
Deze korte trip was dus goed getimed. In het huis van de andere E. aan de voet van de Tafelberg heb ik uitzicht op de baai. Het is inmiddels donker en ik zie uit op een zee van lichtjes.

Uit de krant. Het hooggerechtshof in de Kaap heeft het moslimhuwelijk als gelijkwaardig aan alle andere huwelijksvormen erkend. Aanleiding: een gescheiden moslima werd door haar ex het recht op alimentatie ontzegd omdat zijn advocaat betoogde dat het huwelijk niet legaal, want in de moslimtraditie, was geweest. Een overwinning voor Islam èn voor vrouwenrechten. Moet Geert Wilders eens over nadenken. Twee. Foto van Ronnie Kasrils, ANC-er en oud-minister, die met zijn zoons Chris en Andrew, in de tuinen van Kirstenbosch een assegaai boompje plantte ter herinnering aan Eleanor, zijn vrouw, die nog geen twee weken geleden aan de gevolgen van een hersenbloeding overleed. Eleanor was de eerste vrouw in de Zuid-Afrikaanse geschiedenis die uit de gevangenis wist te ontsnappen. Ze zat in de jaren zestig gevangen vanwege haar betrokkenheid bij het verzet tegen de apartheid, leefde daarna bijna dertig jaar in Londen. Zocht haar ooit met C. op – twee uur lachen om aanhoudend Brits understatement. Drie. Opnieuw zijn er in Kaapstad ‘vreemdelingen’ verjaagd. Boze Zuid-Afrikaanse landarbeiders die vrijwel niks verdienen openden de jacht op Zimbabwanen die nog minder verdienen en ‘onze banen stelen.’ Prachtig, mooi, klote kutland.

Op het balcon bij J. en W. Over drie weken kijken ze uit op duizenden journalisten die in de straat waaraan hun kantoor gevestigd is de loting voor de WK 2010 volgen. J. ontvouwt prachtige plannen waarover ik de diepste geheimhouding heb toegezegd. Vervolgens naar Mike van Graan, die ik in 1990 bij mijn eerste bezoek aan Kaapstad leerde kennen. Mike is secretaris van een snel groeiend netwerk van Afrikaanse creatieven: Arterial. Hij praat erover met veel enthousiasme. ‘Niemand geloofde dat het zou lukken om het netwerk van de grond te krijgen.’ Want Afrika, know what I mean?

Terug in de taxi naar het logeeradres. De chauffeur heet Mitchell. Waar ik vandaan kom?
‘Amsterdam.’
Hoe het daar is?
‘Regenachtig en bewolkt.’
Mitchell is niet van zijn stuk gebracht. Hij heeft gehoord dat Amsterdam behoorlijk vrij is.
‘Dat klopt. Bijvoorbeeld als het om hasj gaat.’
Dan vraagt hij of de chicks inderdaad zo mooi zijn als hem verteld is.
‘Absoluut.’ Van chicks weet ik alles.
Mitchell wil weten of ze ook betaalbaar zijn.
Ik antwoord op deze strikvraag dat ik gehoord heb dat dat inderdaad het geval is.
Dat is dan net als in Kaapstad, zegt Mitchell, die voor elke klant die hij bij een bordeel aflevert provisie ontvangt.
‘Maar jij kunt toch wel meisjes krijgen zonder te betalen?’, vraag ik.
Welzeker. En met gemak. En als het even niet lukt, pretendeert Mitchell een Italiaan te zijn, dan heb je het zo voor elkaar. Terwijl we omhoog richting logeeradres rijden gebaart Mitchell met zijn handen. Sprekend een Italiaan. Een Berlusconi in de dop.