Gemengde gevoelens over Mosiuoa Lekota, oud-minister van defensie en oprichter van een nieuwe partij in Zuid-Afrika. Bij een herdenkingsdienst voor Simon Nkoli, die in 1998 stierf, stal hij m’n hart. In eerlijke bewoordingen memoreerde hij de strijd die zich in de tweede helft van de jaren tachtig onder de aangeklaagden in het Delmas proces had afgespeeld. Ze waren allen politieke activisten beschuldigd van hoogverraad. Twee zwarte kameraden waren homoseksueel. Het was aanleiding voor heftige woordenwisselingen achter de gevangenismuren. Konden ze wel met hun handen van medegevangenen afblijven? Zou de afwijkende seksuele voorkeur niet gebruikt worden door de aanklagers van de staat? Lekota was daar lange tijd van overtuigd maar gaf zich uiteindelijk gewonnen. Of beter: hij werd zich bewust van zijn ongelijk. Dreigementen om de homoseksuele medestrijders uit de groep te gooien werden uiteindelijk ingetrokken. Simon’s homoseksualiteit verschafte hem uiteindelijk een sterk alibi – hij had op de dag van de vermeende moord een vergadering van een homogroep bijgewoond – en na vijf jaar in voorarrest te hebben gezeten, werd hij vrijgesproken.
Simon stierf in de Zuid-Afrikaanse zomer van 1998 aan Aids. Lekota zwaaide hem lof toe, de verdienste voor de vrijheid van homo’s te hebben gestreden … en te hebben gewonnen. ‘Toen we aan de onderhandelingstafel zaten met de onderdrukkers van het blanke minderheidsbewind keken we elkaar aan. We bespraken een overgangsgrondwet die discriminatie op grond van huidskleur zou verbieden. Moesten we nu onze kameraden die er een andere seksuele orientatie op nahielden, laten vallen. Nee, onze nieuw verworven vrijheid moest ook de hunne zijn.’
Hier sprak dus een man naar mijn hart.
In september j.l. viel Thabo Mbeki van zijn troon. In eerdere blogs heb ik betoogd hoe terecht ik dat vond. Lekota koos ervoor zijn leider te volgen en keerde niet in het nieuwe kabinet terug. Inmiddels heeft hij met oud-vakbondsleider Shilowa een nieuwe partij gevormd. Tijdens een ‘nationale conventie’ die afgelopen zaterdag gehouden werd, klonk veel bezorgdheid voor het ‘verval van de democratie’ in Zuid-Afrika, de dreiging van grondwetswijziging, toenemende corruptie. O ironie, een nieuwe partij, aangevoerd door een oude elite – die rond Mbeki – wil de macht heroveren door zich op te werpen als de felste verdediger van de democratie, die deze kliek zelf om zeep dreigde te helpen. Wie gelooft nog dat Sarah Palin, die naar voren is geschoven als de felste bestrijder van ‘Washington’ door een denktank in Washington, een fenomeen is? Denk ook aan de vorige Nederlandse minister van asielzaken die bijna 1600 ongelukkigen clementie verleende en nu haar opvolgster verwijt al een kleine 400 uitwijzingen te hebben ingetrokken. De vox populi openbaart zich steeds vaker als een nuttig instrument in de handen van bevoorrechten.