Er wordt al dagenlang buitengewoon verkwikkelijk geruzied op De Dagelijkse Standaard over een stuk dat Joost Niemöller vorige week aan Nelson Mandela wijdde.
Ik hou van Joost Niemöller. Hem zul je nooit de Italiaanse minister van justitie met een oerang oetang horen vergelijken. ‘Ik beledig geen oerang oetangs’. Je hoort het hem zeggen.
In zijn verhaal over Mandela heet Zuid-Afrika een ‘hel op aarde’. Er zou een ‘genocide’ op de blanken plaatsvinden en de regering ‘doet niets om Aids te stoppen.’ Dat is allemaal de schuld van Mandela die hij dan ook toevoegt aan het rijtje ‘Hitler, Stalin, Pol Pot en Mao.´
Uit grenzeloze bewondering voor Joost Niemöller’s ‘vermogen om wartaal tot dagelijkse standaard te verheffen heb ik het gemeentebestuur van Orania dan ook per mail voorgesteld om hem tot ereburger uit te roepen. Ik kreeg onmiddellijk een reactie. Die was afwijzend. De bestuurders van dit lelieblanke dorpje aan de Zuid-Afrikaanse Oranjerivier (dorpsmotto: Hoe harder jy trek, hoe groter die wortel) vonden zijn teksten wel ‘erg extreem’.
Een tegenvaller. In zijn stuk rekent Joost voor dat er in Zuid-Afrika dagelijks vijftig mensen worden vermoord. Daarvan waren er, als gevolg van de genocide, tussen medio 2012 en medio 2013 170 blank, aldus Niemöller.
Dan zijn er in diezelfde periode dus 18000 zwarten vermoord.
Die Mandela heeft heel wat op zijn geweten.
Ik had graag gezien dat Joost een ereburgerschap was toegekend en dat hij het had opgevat als een uitnodiging om daar ook te gaan wonen. Want nergens heeft het besef dat blanken veruit in de minderheid zo sterk wortel geschoten als in Orania. Kwestie van hard trekken.